Woning zelf in brand gestoken? Verzekering moet tussenkomen

Op basis van recente rechtspraak zijn Belgische verzekeraars verplicht om tussen te komen in geval van woningbrand door eigen fout. Wat dekt een brandverzekering doorsnee? En in welke omstandigheden zijn verzekeraars verplicht om dekking te geven bij woningbrand door eigen fout?

Een brandverzekering is geen verzekering die enkel dekking geeft bij brand. Een brandverzekering kan omschreven worden als woningverzekering die uw woning beschermd tegen verschillende mogelijke risico’s. Naast de basisdekking, kan er beroep gedaan worden op aanvullende dekkingen of facultatieve/bijkomende dekkingsgronden door de verzekeraar.

Basisdekking, aanvullende -en facultatieve dekkingen

De meeste polissen bieden qua basisdekking bescherming tegen brand, ontploffing, implosie, blikseminslag, aanslagen en arbeidsconflicten, aanbotsen door een dier, aanbotsen door een transportmiddel, vallen van een boom op het gebouw, storm, sneeuw- of ijsdruk op daken en hagel en natuurrampen. Ook schade door elektriciteit, rook of roet, waterschade door breuk van leidingen, glasschade en andere schade aan het gebouw worden via de basisdekking vergoedt.

De aanvullende dekkingen bieden geen dekking voor de rechtstreekse schade, maar voor de schade die onrechtstreeks door het voorval veroorzaakt wordt. Zo zijn de kosten van een expertise, reddingsposten of kosten voor de bewaring van de goederen bijkomende kosten door het voorval. Facultatieve/bijkomende dekkingsgronden zijn vrijwillig op te nemen in de polis.

Verzekeraars bieden bijvoorbeeld de mogelijkheid aan om zich te verzekeren tegen diefstal, vandalisme en indirecte verliezen. Hoewel ze wettelijk gezien niet verplicht zijn, kunnen ze nuttig zijn om de indirecte kosten en verliezen van een brand, storm of wateroverlast te dekken.

Rechtspraak acht verzekeraar verzekeringsplichtig bij brand door eigen fout

Het concrete voorbeeld uit de rechtspraak gaat om de 43-jarige Jos V.H.. In de nacht van 21 op 22 oktober 2010 wenste hij een einde aan zijn leven te maken door de woning in brand te steken. Hij kwam echter tot inkeer wanneer de vlammen al door het dak sloegen. De man vluchtte weg, maar gaf zich de volgende ochtend aan bij de politie, die een onderzoek opende. “Daarop beval de onderzoeksrechter een psychiatrisch onderzoek, waarna mijn cliënt ontoerekeningsvatbaar werd verklaard,” aldus advocaat Dimitri Hemmeryckx.

Jos V.H. huurde de woning van de eigenaar, welke vrijwel onmiddellijk zijn woning vergoed zag. Jos V.H. als huurder bleef echter met een financiële kater achter wat betreft zijn inboedel. Een expert schatte de kostprijs van de inboedel op 12.900 EUR. Echter weigerde de verzekeraar tussen te komen omdat die de brand zelf zou hebben veroorzaakt. Jos V.H. en zijn advocaat gingen over tot dagvaarding van de verzekeraar.

De rechtbank van eerste aanleg volgt nu het idee van de advocaat. “De dader bevond zich in een toestand van ernstige geestesstoornis, wat hem ongeschikt maakte tot het controleren van zijn daden”. Bijgevolg was de verzekeraar gehouden tot het betalen van de 12.900 EUR. Conclusie, verzekeraars kunnen veroordeeld worden tot het betalen van de inboedel van de woning bij een woningbrand, zelfs wanneer het slachtoffer de brand zelf heeft aangestoken.

Geef een reactie